Donderdag 12 december is ons kantoor gesloten vanaf 15.30 uur. Ook zijn wij telefonisch niet bereikbaar.
Intensief inperken van invasief offensief: de watercrassula
Bij de OD NHN hebben de vergunningverleners van de Wet natuurbescherming met veel diverse beschermde plant- en diersoorten te maken. Voor deze beschermde soorten kunnen invasieve soorten een gevaar opleveren. Het zijn exoten, die van nature niet in Nederland voorkomen, maar zich prima thuis voelen in ons land en klimaat.
Een bekende exoot is de Amerikaanse rivierkreeft, die de Europese rivierkreeft verdringt en daarbij nog veel andere soorten schade toebrengt. Andere (bekende) voorbeelden zijn de Japanse duizendknoop, muskusrat, Amerikaanse vogelkers, halsbandparkiet en watercrassula.
Laatstgenoemde is een uit Australië en Nieuw-Zeeland afkomstige waterplant. Rond 1995 heeft de watercrassula zich in het wild in Nederland gevestigd. Eerst in de buurt van Breda, maar al snel door het hele land. Ook Noord-Holland ontkwam niet aan de expansiedrift van deze exoot, die daar voor de nodige problemen zorgt.
Verbod verkoop
Omdat telkens nieuwe groeiplaatsen ontstaan, is het volledig uitroeien van de soort niet langer een haalbaar streven. Daarom moet verdere verspreiding vooral worden voorkomen. Dat is dan ook de reden waarom de watercrassula sinds 1 maart dit jaar niet meer verkocht mag worden.
De snelle opmars van de waterplant is nauwelijks te wijten aan menselijk handelen. Het komt wel voor dat men de plant in het wild dumpt of plant, maar dat valt te verwaarlozen. Wat vooral voor meer nieuwe groeiplaatsen zorgt, is dat zeer kleine delen van de plant al kunnen uitgroeien. Sommige nog geen millimeter groot.
Makkelijke plant
Fragmentjes van de watercrassula kunnen op die manier ongemerkt verspreid worden met grondverzet- of maaimachines, vaartuigen, schoeisel of vistuig. Behalve door menselijke activiteit is duidelijk geworden dat ook transport via de vacht, poten en uitwerpselen van dieren een grote rol speelt bij de verspreiding. Daarnaast kan de plant erg goed tegen periodes van koude en/of droogte.
De exotische waterplant stelt dus geen strenge eisen en is hierdoor een soort die zich gemakkelijk in veel soorten (pioniers)wateroppervlakten kan vestigen. Als de waterplant eenmaal voet aan de grond krijgt, kan het een enorme bedekking vormen. De zuurstofafname die dat tot gevolg heeft, is zeer schadelijk voor voorkomende inheemse flora en fauna.
Bestrijding
Er zijn verschillende manieren om de waterplant te lijf te gaan enkele voorbeelden hiervan zijn;
- Afdekken met folie;
- Inundatie met zout water;
- Heet water toepassen;
- Verhitten met onkruidbranders;
- Droogleggen, afgraven, plaggen;
- Droogleggen en afdekken met zand.
Bij de OD NHN krijgt een nieuw ontdekte groeiplaats hoge prioriteit. Met spoed wordt een vergunning afgegeven om die plek zo snel mogelijk aan te pakken. Als het mogelijk is, raden wij aan de groeiplaats volledig op te heffen en af te dekken met zand. Daarbij wordt een gespecialiseerd bedrijf toegestaan het gebied af te graven en af te dekken met zand. Het verloren gaan van het watersysteem zien we als noodzaak om verdere verspreiding te voorkomen.
Hardnekkig
Via een ontheffing wordt dan natuurlijk nog wel gekeken naar de natuurwaarden en eventuele oplossingen. Er zijn mogelijkheden om de biomassa te beperken, maar deze methodes vergen zeer veel inspanning op meerdere momenten per jaar. Het enige effect die dat oplevert, is dat de biomassa van de watercrassula wordt beperkt. De plant blijft altijd terugkomen om het besmette watersysteem weer over te nemen met alle gevolgen van dien.
Het moge duidelijk zijn dat alle alarmbellen afgaan bij aanvragen over deze invasieve soort bij de afdeling Regulering Leefomgeving van de OD NHN. Door een adequate afhandeling van de vergunning, proberen wij zo goed en zo kwaad als het kan ons steentje bij te dragen om verdere verspreiding van deze soort tegen te gaan.