Algemene informatie

Natura 2000-gebieden

In Nederland is een groot aantal gebieden aangewezen als Natura 2000-gebied.  

In Noord-Holland bevinden zich verschillende Natura 2000-gebieden. Voor elk van deze gebieden is bepaald welke natuurlijke kenmerken beschermd zijn, behouden moeten blijven of uitgebreid moeten worden. Dat zijn de zogenaamde instandhoudingsdoelen. Het kan daarbij gaan om habitattypen, planten en dieren. De doelen en ligging van de Natura 2000-gebieden zijn te vinden op www.natura2000.nl/gebieden/noord-holland

Het is verboden om zonder vergunning activiteiten uit te voeren die een negatieve invloed kunnen hebben op deze instandhoudingsdoelstellingen. Wanneer op basis van een voortoets significant negatieve effecten niet zijn uit te sluiten, moet een passende beoordeling worden opgesteld. In een passende beoordeling kunnen mitigerende maatregelen worden opgenomen. Wanneer op basis van de passende beoordeling significant negatieve effecten kunnen worden uitgesloten, kan een vergunning verleend worden.  

Indien significant negatieve effecten ook met toepassing van mitigerende maatregelen niet kunnen worden uitgesloten, kan enkel een vergunning worden afgegeven nadat de ADC-toets is doorlopen. Er moet daarmee worden aangetoond dat er geen alternatieven voorhanden zijn, dat er sprake is van een dwingende reden van groot openbaar belang en er moet compensatie plaatsvinden. Wij adviseren u in deze gevallen voorafgaande aan de aanvraag een vooroverleg aan te vragen. Dit kan via het DSO [link naar DSO] of via het e-formulier ‘Omgevingsoverleg’ op onze website [link naar formulier].  

Meer informatie over de bescherming van gebieden in de Omgevingswet vindt u op de website van het Informatiepunt Leefomgeving: Bescherming van gebieden - Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) .

Beheerplannen

Voor de Natura 2000-gebieden zijn beheerplannen opgesteld. In deze beheerplannen zijn de Natura 2000-gebieden beschreven, waarbij wordt ingegaan op de individuele instandhoudingsdoelen van het gebied. Tevens zijn in de beheerplannen activiteiten opgenomen welke (onder voorwaarden) zijn vrijgesteld van vergunningplicht.  

De beheerplannen zijn te vinden op deze webpagina van provincie Noord-Holland.

Stikstof

Stikstofdepositie kan leiden tot negatieve effecten op stikstofgevoelige habitattypen en leefgebieden. Bij projecten die stikstofemissie veroorzaken, moet daarom gekeken worden naar eventuele stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden. Meer informatie vindt u hier onder het onderdeel Stikstof.  

Vergunning aanvragen of vragen stellen

U kunt een vergunning voor een Natura 2000-activtieit aanvragen via het DSO. U kunt zowel via het DSO-omgevingsloket als via dit formulier op onze website een omgevingsoverleg aanvragen voor uw project. 

Bij een vergunningsaanvraag moet u aantonen dat uw project geen significant negatieve effecten heeft op het Natura 2000-gebied. Een aanvraag moet goed gemotiveerd zijn.  

Voor vragen kunt u een e-mail sturen naar postbus@odnhn.nl.

Regelmatig vraagt men of er voor een project een omgevingsvergunning of advies met instemming nodig is. Het antwoord dat er geen vergunning of advies met instemming nodig is, zonder dat hier een officiële aanvraag aan ten grondslag ligt, is een bestuurlijk rechtsoordeel. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland geven met ingang van 1 augustus 2021 geen bestuurlijke rechtsoordelen meer. Dat komt omdat de rechtsbescherming onzeker is. Wel wordt algemene informatie gegeven. Daarmee kan de initiatiefnemer of gemeente bepalen of een aanvraag wordt ingediend of advies met instemming nodig is. 

Positieve weigering

Als geen vergunning nodig is en wel een aanvraag wordt ingediend of een advies met instemming wordt gevraagd, volgt een positieve weigering. Een positieve weigering is een besluit de aanvraag voor een vergunning wordt afgewezen omdat voor een project geen vergunning nodig is. Een positieve weigering kan voorwaarden of beperkingen bevatten. Tegen een positieve weigering staat bezwaar en beroep open. 

Wettelijke termijnen

Een aanvraag op grond van artikel 5.1, 1e lid, sub e, Omgevingswet wordt behandeld met toepassing van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure (UOV). Daarop zijn geen uitzonderingen mogelijk. Dat is het gevolg van een uitspraak van de Raad van State. Voor aanvragen in het kader van gebiedsbescherming geldt daarom een beslistermijn van zes maanden. Tijdens de procedure wordt een ontwerpbesluit ter inzage gelegd en kunnen er zienswijzen ingediend worden.

Leges

Per 1 januari 2020 bent u bij bepaalde aanvragen leges verschuldigd. Meer informatie en de tarieven zijn te vinden in de Legesverordening op deze pagina van de provincie Noord-Holland